microverontreiniging
 

In allerlei producten voor dagelijks gebruik worden naast allerlei natuurlijke stoffen, ook steeds meer synthetische natuurvreemde of lichaamsvreemde stoffen toegepast. Denk hierbij bijvoorbeeld aan kleur-, geur- smaak-, conserveer-, oplos-, desinfectie-, genees-, contrast-, zonnebrand-, genot-, en bestrijdingsmiddelen, weekmakers en brandvertragers. Ook voor de humane en veterinaire gezondheidszorg & productie worden vele verschillende stoffen gebruikt.
 
Deze industriële stoffen ontsnappen tijdens de productie-, gebruiks- en afvalfase uit producten, en komen in lichaam, lucht, water, bodem en voedsel terecht. Onder invloed van enzymen van mens, dier en micro-organismen, licht, zuurstof, en andere stoffen, worden de complexe moleculen min of meer gewijzigd. Deze omzettingsproducten kunnen zich vaak beter via bloed, milieu en voedselketens verplaatsen, en kunnen giftiger zijn dan de oorspronkelijke stoffen (moedermoleculen). Lang niet alle omzettingsproducten van industriële stoffen zijn bekend.
 
De aanwezigheid van deze industriële stoffen (moedermoleculen en omzettingsproducten) in milieu en organismen is veelal lastig aan te tonen wegens het ontbreken van de juiste analysetechnieken en de lage concentraties (nanogrammen/L en lager). Uit laboratoriumonderzoek is bekend dat deze stoffen, ondanks de lage concentraties, toch biologisch actief kunnen zijn. Ook het lot en gedrag van deze stoffen is moeilijk vast te stellen, omdat omstandigheden variëren en stoffen met elkaar reageren.
 
Doordat de meeste industriële stoffen het hele jaar voortdurend worden gebruikt en geloosd, worden afgevoerde (grotendeel aan aan bodem en sediment gebonden) en afgebroken stoffen direct weer aangevuld. De aanvoer is in balans met afvoer, binding en afbraak. Dit betekent zowel voor de mens als voor alle organismen in bodem en water, een generaties lange belasting met lichaamsvreemde stoffen.

Een andere vorm van microverontreiniging is van biologische aard. Het gebruik van medicijnen tegen bacteriële infecties en parasieten bij mens en dier zorgt er voor dat deze micro-organismen resistentie ontwikkelen. Deze medicijnen, hun omzettingsproducten, de resistente micro-organismen, en hun uitwisselbaar genetisch materiaal (resistentie-DNA), verlaten het lichaam en verspreiden zich via bodem, water en lucht. In het ontvangende milieu of lichaam worden deze resistentiepatronen door de daar aanwezige bacteriën overgenomen en aan andere bacteriesoorten doorgegeven. Hierdoor kan antibioticaresistentie zich over meerdere milieucompartimenten (bodem, (grond)water en lucht) en over grote afstanden verplaatsten.
 
Samenvattend, microverontreiniging is chemisch of biologisch van aard en staat voor: a) voortdurende blootstelling aan b) lage concentraties van c) vele industriële stoffen en verschillende typen antibioticaresistentie tegelijk, die afkomstig zijn uit d) vele diffuse bronnen. Deze verontreiniging is “micro” wat betreft concentraties, maar “macro” wat betreft aantal stoffen en typen antibioticaresistentie, verspreiding en gevolgen.