Commentaar van Professor Lucas Reijnders op het plan cavernes te stabiliseren met vliegas e.d.
In vliegas van West Europese afvalverbrandingsovens komen in de praktijk veel voor de mens gevaarlijke stoffen voor. Daartoe behoren chloordioxinen, chloorbenzofuranen, polycyclische aromaten en gechloreerde aromaten (waaronder ook wel PCBs). Daarnaast bevat dit vliegas voor de mens gevaarlijke zware metalen als cadmium en lood. De in vliegas aanwezige metalen koper en zink kunnen ecotoxisch zijn (gevaarlijk voor andere organismen dan de mens).
Het probleem van al deze stoffen is dat de opberging ervan ’voor eeuwig’ intact moet blijven om contact met de biosfeer te vermijden. De zware metalen breken niet af en afbraak van de organische verbindingen zoals chloordioxinen is onwaarschijnlijk. ’Eeuwige intactheid’ is ’strenger’ dan de eis bij de opberging in zoutcavernes van radioactieve stoffen die mettertijd minder gevaarlijk worden.
Er kan niet redelijkerwijs van worden uitgegaan dat bij toepassing van vliegas in cavernes bij Hengelo opberging ’voor eeuwig’ kan worden gegarandeerd.
Vliegas is niet nodig voor de stabilisatie van de cavernes. De toepassing ervan is veeleer een methode om kosten voor vulmateriaal te reduceren. Er zijn diverse methoden uitgewerkt om vliegas van afvalverbranders vergaand te ’ontgiften’ maar deze maken vliegas fors duurder.
Ik vind gebruik van niet vergaand ontgift vliegas van afvalverbrandingsovens een slecht idee.
Lucas Reijnders
d.d. 20 november 2015